In 2009 was Intel de duidelijke leider in halfgeleiders, gewaardeerd op $79,3 miljard. Nvidia, met een waarde van slechts $5 miljard, werd gezien als een verre uitdager. In februari dat jaar verscheen CEO Jensen Huang op Charlie Rose en werd hem gevraagd of Nvidia ooit zo groot kon worden als Intel. Huang antwoordde niet met cijfers. In plaats daarvan richtte hij zich op relevantie en innovatie. Hij zei dat het doel van Nvidia was om te werken aan de belangrijkste technologieën die de industrie vooruitstuwen. Hij vergeleek de rivaliteit met Microsoft vs. Google — verschillende producten, hetzelfde strijdtoneel. In juli 2025 waren de rollen volledig omgedraaid. Nvidia is nu het meest waardevolle bedrijf ter wereld met een marktkapitalisatie van $4,27 biljoen, meer dan 47 keer de grootte van Intel. De AI-boom heeft zijn opkomst aangewakkerd, met Nvidia die meer dan 90% van de GPU-markt voor datacenters controleert. De jaarlijkse omzet bereikte $130 miljard, waarvan $115 miljard afkomstig was van AI-gerelateerde verkopen. Intel heeft ondertussen moeite gehad. Het heeft belangrijke technologische verschuivingen gemist, massale ontslagen aangekondigd en grote projecten geannuleerd. Huang's focus in 2009 op bouwen voor de toekomst — niet het najagen van rivalen — bleek profetisch. Vandaag de dag overtreft Nvidia niet alleen Intel. Het heeft het computingslandschap volledig hervormd.
1,14K