Het economische succes van Duitsland 🇩🇪 was een schandaal: het werd simpelweg gesubsidieerd door goedkoop Russisch 🇷🇺 gas. Het was geen economische genialiteit, geen buitengewone techniek, geen goed management. Het was de illusie van productiviteit gebouwd op kunstmatig goedkope energie en een industriële structuur die alleen onder die voorwaarden kon functioneren. Het "Duitse model" — geprezen om zijn export, overschotten en discipline — was in werkelijkheid een energie-arbitrage: goedkoop brandstof importeren uit Rusland, het omzetten in vervaardigde goederen en deze tegen een premie verkopen aan de rest van Europa. Het morele beeld van efficiëntie verdoezelde een parasitaire afhankelijkheid. Dit was niet het resultaat van geniale ingenieurs of wijs management, maar van politieke compliciteit en economische inertie. De auto-industrie leefde van diesel en subsidies. De zware industrie bloeide omdat gas bijna gratis was. Zelfs de "groene transitie" werd gefinancierd door dezelfde fossiele ruggengraat die het beweerde te vervangen. Wat Berlijn als deugd verkocht, werd gefinancierd door Gazprom. Toen het gas stopte, kwam de waarheid aan het licht. De productiviteit stortte in, fabrieken verhuisden en het economische wonder verdween als rook. De veronderstelde rechtvaardigheid van Duitsland bleek niets meer te zijn dan een fossiele illusie — een rijk van goedkope energie verpakt in morele zelfvoldaanheid.