De eerste keer dat ik klimmen leerde, ontdekte ik dat er veel technieken zijn. Voor touwklimmen heb je ook een partner nodig, de zogenaamde belayer (beschermende partner). De klimmer en de belayer hebben voor elke stap een speciale set commando's die ze moeten beheersen. Dus voor touwklimmen moet je een partner vinden, en beiden moeten training volgen, en de tijd moet ook op elkaar afgestemd worden. Bij het klimmen zonder touw is het risico om op de grond te vallen groter, maar binnen zijn de matten vrij zacht, dus valt het wel mee als je valt. Na een paar minuten klimmen voel je je onderarmen al behoorlijk vermoeid; deze sport vereist veel kracht in de vingers, polsen en onderarmen. Een groot verschil tussen klimmen en andere sporten is dat je de klimroute in real-time moet berekenen, en je moet je volledig concentreren, zonder enige ruimte voor fouten. Daarom is het niet saai, en deze sport heeft een bijzonder effect op het verlagen van mentale stress; ik vermoed dat dit komt omdat ervaren klimmers gemakkelijk in een flow-toestand komen. Omdat dit voor mij een geheel nieuwe sport is, heeft het een positieve stimulans op mijn hersenen; die avond sliep ik bijzonder diep en de volgende ochtend voelde ik me geweldig. Ik raad het ten zeerste aan.